Naar hoofdinhoud Naar footer

Aan welke kennis hebben zorgprofessionals behoefte?

Gepubliceerd op: 03-07-2023

Om goede zorg te leveren hebben zorgprofessionals toegang nodig tot betrouwbare kennis. Vaak is deze kennis er al wel, maar kan deze beter toepasbaar of vindbaar gemaakt worden. Als de kennis er nog niet is, dan is het belangrijk dat er onderzoek wordt gedaan. Vilans is dit jaar gestart met het gestructureerd in kaart brengen van kennisvragen bij zorgprofessionals en het prioriteren van deze kennisvragen door zorgprofessionals.

Onlangs verscheen het rapport met de meest recente resultaten: Rapportage kennisvragen langdurige zorg 2023. Met een vragenlijstonderzoek vroeg Vilans zorgprofessionals uit de langdurige ouderen- en gehandicaptenzorg:

  • Over welk thema’s mis jij nog kennis? 
  • Welke vragen heb jij over de thema’s die je mist? 
  • Hoe belangrijk vind jij het dat deze vragen worden beantwoord? 

Nathalie Stolwijk en Mieke van Hamersveld, projectleiders van het programma Kennisinfrastructuur Langdurige Zorg, en Lia Davelaar, directeur Kennisstrategie en -management, vertellen over de resultaten en over de waarde van het rapport voor de langdurige zorg.

Behoefte aan toepassen van kennis en diversiteit in typen kennis

Nathalie: ‘Zorgprofessionals in de ouderensector lijken minder behoefte te hebben aan kennis over thema’s rondom dagelijkse zorg, ten opzichte van de andere thema’s, zoals rondom mentaal welbevinden. In de gehandicaptenzorg lijken zorgprofessionals meer behoefte te hebben aan kennis in het ondersteunen en begeleiden van de cliënt. Daarnaast lijkt het voornamelijk om het gebruik van kennis te gaan. De diversiteit aan vragen vraagt mogelijk ook om diversiteit in type kennis.’

Mieke vult aan: ‘Wat ons ook opviel is dat zorgprofessionals de meeste kennisvragen beoordeelden als belangrijk tot zeer belangrijk. Ook zagen we overlap in kennisvragen tussen de verschillende thema's. Hiermee lijkt de nadruk voor zorgprofessionals meer te liggen op de thema’s en minder op hoe de kennisvragen zich tot elkaar verhouden.’

Top 5 meest gekozen thema's in ouderenzorg: 

  • Onbegrepen gedrag
    Van de ongeveer veertig aangeboden thema’s koos 32% van de zorgprofessionals het thema ‘onbegrepen gedrag’ als thema. Onbegrepen gedrag werd in dit onderzoek gedefinieerd als ‘gedragsproblemen die een negatief effect hebben op de cliënt of diens omgeving’.
    Lees over onbegrepen gedrag
  • Eigen regie en zelfredzaamheid
    Eigen regie werd gedefinieerd als ‘mensen zelf laten beslissen en de mogelijkheid geven gehoord te worden’; zelfredzaamheid als ‘het vermogen van mensen om zichzelf te redden op alle levensterreinen met zo min mogelijk professionele ondersteuning en zorg’. Dit samengestelde thema koos 22% van de deelnemers.
    Lees over het thema zelfredzaamheid
  • Familieparticipatie
    Dit thema, omschreven als ‘samenwerken met en ondersteunen van familie’ selecteerde 20% van de deelnemers.
    Bekijk informatie over familieparticipatie
  • Dementie
    Op een gedeelde vierde plek in deze top 5 staat dementie. Oftewel: ‘een verzamelnaam voor ziekten, waaronder Alzheimer, waarbij de hersenen informatie niet meer goed kunnen verwerken’. Zorg voor cliënten met dementie selecteerde 19% van de deelnemers als thema.
    Lees over het thema dementie
  • Palliatieve zorg
    De andere 4e plek wordt ingenomen door Palliatieve zorg, ‘de zorg rondom het levenseinde’. Ook 19% van de respondenten koos dit onderwerp als belangrijk thema.
    Lees informatie over palliatieve zorg
  • Persoonsgerichte zorg
    Persoonsgerichte zorg definieerden we als ‘een zorgvisie waarbij de persoon met diens wensen en mogelijkheden centraal staat en niet de aandoening of beperking’. Deze zorgvisie selecteerde 18% van de respondenten als belangrijk thema en staat daarmee op de vijfde plaats in de top 5.
    Bekijk informatie over persoonsgerichte zorg

De belangrijkste kennisvraag voor het belangrijkste thema, per sector

  • 'Hoe kan ik goed omgaan met onbegrepen gedrag bij ouderen met dementie?’ (Ouderenzorg)
  • 'Hoe herken ik psychiatrische problematiek bij een cliënt met een verstandelijke beperking?'(Gehandicaptenzorg)

Dichter bij elkaar brengen praktijk, onderwijs en wetenschap

Lia Davelaar legt uit: ‘Vilans heeft een ondersteunende rol in de kennisinfrastructuur van de langdurende zorg. Dat betekent dat wij praktijk, onderwijs en wetenschap dichter bij elkaar willen brengen. We verspreiden niet alleen kennis. We halen ook actief kennisvragen op uit de praktijk om daarmee input te leveren voor de onderzoeksagenda’s, zodat onderzoek kan aansluiten bij vragen die begeleiders, verzorgenden en verpleegkundigen hebben. Dit rapport gaat ons daar enorm bij helpen!’

Hoe verder?

De twee onderzoekers willen de methode voor het inventariseren en prioriteren van kennisvragen het komende jaar graag verder aanscherpen. Nathalie geeft aan: ‘Afgelopen jaar was een pilot. We hebben veel geleerd en zien veel verbeterpunten waarmee we aan de slag willen.’

Mieke: ‘Ik hoop dat we over enkele jaren ook solide uitspraken kunnen doen over de specifieke kennisbehoeften per regio. En over de kennisbehoeften van de toekomstige zorgprofessional: de student. Maar ook van de mantelzorger. Zo kunnen we met ons kennisaanbod en onze diensten nog beter aansluiten bij deze doelgroepen.’ Nathalie vult aan: ‘Hoe meer mensen aan dit jaarlijkse onderzoek meedoen, hoe meer we kunnen zeggen over kennisbehoeften. Denk aan de kennisbehoefte per functie. ‘

Nathalie: ‘Binnen zorgorganisaties wordt steeds meer geleerd van data en informatie, ook bij Vilans zijn wij hier druk mee bezig. Je kunt op verschillende manieren de kennisbehoeften in kaart brengen, zo kun je ook eens een dagje meelopen, of kijken welke online berichten veel bekeken worden. Het zou mooi zijn als wij al deze verschillende puzzelstukken naast elkaar kunnen leggen; om zo de kennisbehoefte in kaart te brengen én de kennis te verspreiden die nog beter aansluit bij de praktijk.’

Samenwerken binnen de kennisinfrastructuur

De komende tijd zijn Mieke en Nathalie druk in gesprek met diverse partijen in de kennisinfrastructuur, om te kijken hoe ze die kennisbehoeften nog beter in kaart kunnen brengen. Maar ook om te kijken hoe aan die kennisbehoefte kan worden voldaan. Mieke: ‘Het moet natuurlijk niet blijven bij inventariseren van behoeften. Bestaande kennis moet wellicht toegankelijker of toepasbaarder worden gemaakt. Of misschien moet er nieuwe kennis worden ontwikkeld. Het zou fantastisch zijn als we dit alles als sector ook gestructureerd en structureel aanpakken. Mijn ideaalbeeld is dat we binnen de kennisinfrastructuur samen kijken welke kennisvragen al beantwoord zijn en welke niet. En dat we daarna samen de taken verdelen. Binnen onze gesprekken verkennen we daarom ook de mogelijkheden om ook in deze fase meer samen op te trekken.’

Meer informatie

Deel deze pagina via: