Direct naar:
Aandachtspunten
Hulp bij verslikken in vloeistof
Hulp bij verslikken in vast voedsel
Signaleringslijst verslikken voor cliënten met beperking
Hulp bij verslikken bij cliënt in rolstoel
- Verslikken in dik vloeibaar en vast voedsel komt minder vaak voor, maar levert een groter gevaar op dan verslikken in dun vloeibaar voedsel.
- Probeer rustig te blijven en waarschuw bij een dreigende verstikking altijd een arts of bel 112.
- Laat de cliënt niet alleen.
- Benoem wat je gaat doen. Wanneer een cliënt schrikt van een handeling of aanraking zal hij reflexmatig inademen waardoor de voedselbrok nog verder de keel in kan schieten.
Terug naar boven
- Hulp bij hoesten: help de cliënt met het zelf hoesten door uit te leggen zo rustig mogelijk adem te halen en krachtig te hoesten. Laat de cliënt voorover buigen en houd de cliënt vast zodat hij niet voorover valt tijdens het hoesten. Leg de cliënt in rechterzijligging met het hoofd naar beneden.
- Uitzuigen van de keelholte: zuig de keelholte van de cliënt uit met een dikke sonde.
- Zuurstof: dien, indien mogelijk, zuurstof toe.
Aandachtspunten hierbij zijn:
- Ga NIET tussen de schouders slaan als de cliënt zich verslikt in drinken. Het slaan onderbreekt het hoestritme en dat is niet goed.
- Geef geen slokje water na het verslikken: dit maakt het alleen maar erger. De hoestprikkel kan dan weer uitgelokt worden.
Terug naar boven
Reinig mond en keelholte (lepelen)
Probeer eerst de voedselbrok die achter in de keel zit met de hand te verwijderen.
- Plaats twee gestrekte vingers van elke hand achter de kaakhoek, zo dicht mogelijk bij het oor, om de mond te openen.
- Druk met de duimen op de kin om de mond te openen. Haal een loszittend kunstgebit uit de mond.
- Druk met de duimen op de kin om de mond te openen.
- Probeer met 1 of 2 vingers het voorwerp met een ‘lepelende’ of ‘pakkende’ beweging eruit te halen.
Als de cliënt niet (effectief) hoest en bij bewustzijn is
- Geef 5 slagen op de rug tussen de schouderbladen: 1) ga aan de zijkant iets achter de cliënt staan, 2) ondersteun de borstkas met één hand en laat de cliënt voorover buigen, en 3) geef met de hiel van de hand snel na elkaar 5 slagen tussen de schouderbladen.
- Controleer of de slagen de luchtwegbelemmering hebben opgeheven.
- Hebben de slagen hun werk niet gedaan, voer dan 5 keer buikstoten (Heimlichmanoeuvre) uit:
- Ga achter de cliënt staan en sla de armen om het bovenste deel van de buik.
- Laat de cliënt voorover leunen.
- Maak een vuist en plaats deze op het bovenste deel van de buik.
- Pak de vuist met de andere hand en trek met de hand de vuist met een snelle beweging naar je toe en naar boven.
- Herhaal dit 4 keer.
- Als de luchtwegbelemmering nog steeds bestaat: blijf de rugslagen en de buikstoten met elkaar afwisselen.
- Als de cliënt het bewustzijn verliest: start borstcompressies.
Bij een bewusteloze cliënt kan lepelen door de verslapping van de spieren soms ook nog helpen.
NB Wanneer de cliënt op de grond ligt en het lukt niet hem overeind te krijgen:
- Cliënt op zijn rug draaien.
- Het hoofd opzij leggen.
- Met twee vuisten krachtig onder de ribbenboog duwen, schuin omhoog.
- Dit zo nodig herhalen.
Terug naar boven
Het verslikken van mensen met een verstandelijke beperking ziet er soms anders uit dan we gewend zijn. De Signaleringslijst Verslikken is een hulpmiddel om erachter te komen of de cliënt met een beperking zich wel eens verslikt. Deze Signaleringslijst heeft acht korte vragen en is snel en gemakkelijk in te vullen. Na afloop weet je direct of een cliënt zich verslikt of niet.
Terug naar boven
De Heimlich manoeuvre wordt vaak aangeleerd in een situatie waarbij de helper achter de cliënt gaat staan. Bij cliënten in een rolstoel is dat niet altijd mogelijk. In deze filmpjes van het ALS Centrum Nederland wordt de Heimlich manoeuvre uitgevoerd terwijl je voor de cliënt zit. Er is een filmpje voor als je alleen bent en voor samen.
https://youtu.be/LjY-Fr-1Oe4
https://youtu.be/lAGPlm78juc
Terug naar boven 