Naar hoofdinhoud Naar footer

Risico's voor medewerkers

Infectiepreventie is niet alleen van belang voor cliënten, maar ook voor medewerkers. Ook zij lopen gevaar. Werknemers in de zorg komen in aanraking met allerlei bacteriën, virussen en parasieten en kunnen hierdoor infecties oplopen enziek worden. Wat moeten zorgorganisaties doen?

Organisaties moeten hun medewerkers beschermen. De Nederlandse Arbeidsinspectie ziet daarop toe.

Voorkomen van eczeem

De Nederlandse Arbeidsinspectie geeft aan dat er door veel en vaak handen wassen of door het gebruik van handschoenen eczeem of een latexallergie kan ontstaan. Het gebruik van handcrème en handalcohol in plaats van handen wassen kunnen eczeem (deels) voorkomen. Wanneer iemand een latexallergie heeft, moet hij handschoenen gebruiken waarin geen latex zit.

Regels voor organisaties

De Nederlandse Arbeidsinspectie geeft aan dat organisaties het volgende moeten doen:

  • Beoordeel de aard, mate en duur van de blootstelling aan biologische agentia.
  • Breng het risico in kaart voor alle werknemers, inclusief uitzendkrachten, stagiairs en leerlingen.
  • Beschrijf de maatregelen die nodig zijn om blootstelling te voorkomen of te beperken en voer deze uit. Dit komt meestal neer op een combinatie van technische, organisatorische en hygiënische maatregelen, aangevuld met persoonlijke beschermingsmiddelen en vaccinatie.
  • Bij infectieziekten waarvoor verpleging in isolatie nodig is, zijn specifieke maatregelen vereist, zoals het dragen van handschoenen en/of adembescherming.
  • Geef voorlichting aan werknemers over de mogelijke gevaren die zij lopen en over de maatregelen om blootstelling te voorkomen.
  • Geef voorlichting over het gebruik van beschermingsmiddelen, de voorschriften rondom infectiepreventie en over wat te doen bij incidenten.
  • Toets regelmatig of de kennis die werknemers hebben opgedaan, nog steeds bekend is. Bijvoorbeeld in het werkoverleg.
  • Iedere werknemer die kans loopt op besmetting kan zich arbeidsgezondheidskundig laten onderzoeken.
  • Meld incidenten of ongevallen met agentia van categorie 3 of 4 aan de Arbeidsinspectie. Bijvoorbeeld incidenten waarbij besmetting mogelijk leidt tot TBC, HIV of hepatitis B of C.
  • Na een incident waarbij bloed-bloedcontact is opgetreden, handel je volgens een post-expositieprotocol (zie de Leidraad Prikaccidenten van het Nationaal Hepatitis Centrum). Wanneer zich beroepsziekten en/of (prik)incidenten voordoen, onderzoek je de oorzaak daarvan en neem je maatregelen.
  • Werknemers die kans lopen om intensief met bloed in contact te komen, moet je in de gelegenheid stellen zich (op kosten van de werkgever) te laten vaccineren tegen hepatitis B.

Controle van de inspectie

De Nederlandse Arbeidsinspectie inspecteert op de volgende aspecten:

  • Zijn de risico’s met betrekking tot blootstelling aan biologische agentia voldoende in kaart gebracht in de RI&E?
  • Zijn de bijhorende beheersmaatregelen genomen?
  • Hebben werknemers na een (prik)incident snel toegang tot een adequate beoordeling en behandeling?
  • Worden (prik)incidenten geanalyseerd en worden er zo nodig verbeteringen doorgevoerd?
  • Is gewaarborgd dat werknemers voldoende zijn voorgelicht over de risico’s en de maatregelen die ze moeten nemen?

In de Arbocatalogus VVT vind je meer informatie.

Afspraken over wat te doen bij prikincidenten

Prik-, bijt-, snij- en spatincidenten moeten natuurlijk zoveel mogelijk voorkomen worden. Maar als het dan toch gebeurt, moet de zorgorganisatie de juiste maatregelen hebben genomen:

  • Medewerkers moeten weten waar ze zich moeten melden na een incident. Zorg dus voor een goed protocol waarin duidelijk staat aangegeven waar, wanneer, hoe en hoe snel medewerkers zich moeten melden, ook buiten kantooruren.
  • Zorg voor 7 x 24 uur bereikbaarheid.
  • Maak afspraken met bijvoorbeeld de GGD voor analyse en behandeling.
  • Zorg dat alle medewerkers de afspraken kennen.
  • Zorg voor een meldingsprocedure incidenten en analyseer waarom iemand zich geprikt heeft.